Tineke Haak - Specialist Verzuim
Ik denk dat ik:
A. vooral gericht ben op het resultaat voor de organisatie, (dus: zakelijk, minder aandacht voor onuitgesproken gevoelens, minder rekening houdend met mogelijke geraaktheid van de ander.)
B. vooral gericht ben op de relatie, minder op het resultaat voor de organisatie (dus: veel meegaand in de ziektebeleving van de medewerker, veel begrip voor de omstandigheden, de neiging om oplossingen van de ander makkelijk te accepteren, etc.)
C. goed kan afwisselen tussen resultaat- en relatiegericht.
I. Ziekmelding (3 gesprekken).
II. Gesprekken met medewerkers die al ziek zijn voor hun werk (2 gesprekken).
III. Preventieve gesprekken met medewerkers die ‘dreigen’ uit te vallen (2 gesprekken).
A. Gesprek met een medewerker die zich heeft ziekgemeld; leidinggevende heeft reden te twijfelen aan de ziekmelding.
B. Ziekmelding van een medewerker na een negatieve beoordeling.
C. Ziekmelding van een medewerkster na een slechte diagnose.
A. Gesprek met een jonge leidinggevende waarmee je reintegratieafspraken wil maken.
B. Gesprek met een oudere medewerker waarmee je reintegratieafspraken wil maken.
A. Gesprek met een medewerkster met signalen van overbelasting.
B. Gesprek met een medewerker die regelmatig uitvalt met arm/schouderklachten.
replay
info
menu
pause_circle_outline

cancel